door Roger Klaassen

Op onze Facebook-pagina vielen me de berichten van Freek Riem op. Heldere tekeningen, neergezet in duidelijke, strakke lijnen en stevige kleuren. Wat ook opviel: heel oude tekeningen naast nieuwe. Hier is iemand met een flinke ervaring als tekenaar aan het werk. Tijd voor een nadere kennismaking.

Schetsen met mijn kleindochter Sarah (15) op het strand bij Vik op IJsland (2018).

Freek Riem werd in 1943 geboren in Amsterdam. Na een verblijf in de Flevopolder woont hij nu alweer vijftien jaar in Haarlem.

Freek had al als jongen een passie voor tekenen: ‘In mijn laatste schooljaar haalde ik een negen voor tekenen. De hoofdonderwijzer adviseerde mijn ouders een vervolgopleiding in die richting te zoeken. We spreken hier over de jaren vijftig, de wederopbouw: een vak leren was het motto bij ons thuis.’

Freek volgde een opleiding aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en kwam bij een architectenbureau terecht. In 1985 richtte hij in 1985, samen met Teun Koolhaas, een ontwerpbureau voor architectuur, stedebouw en landschap op in Almere (TKA, later ‘Atelier Dutch’). Misschien wel hun bekendste project is het ontwerp van het masterplan voor de Kop van Zuid in Rotterdam. De schets bleef altijd het startpunt van Freeks architectuur/stedebouwprojecten.

Urban Sketching

Ik dacht altijd dat de term ‘urban sketching’ een aantal jaar geleden is bedacht door Gabi Campanario, maar Freek kwam al in 1983 in aanraking met de term ‘urban sketching’ tijdens een werkweek bij Thomas Gordon Cullen (1914-1994), een Engelse illustrator die vooral werkte aan architectuurprojecten.

Inspiratiebron: schetsen van Gordon Cullen ‘Serial Vision’ uit zijn boek ‘The Concise Townscape’ uit 1961.

In 1961 schreef Cullen het boek ‘The Concise Townscape’ (nog altijd te koop: klik hier). In dit boek beschreef Cullen hoe een stadsarchitect of stedebouwkundige uit de wirwar van gebouwen, straten en ruimtes die een stad vormen een zekere visuele orde en overzichtelijkheid kon scheppen, een ‘stadsbeeld’. Het boek had onder andere grote invloed door de manier waarop Cullen het gebruik van schetsmatige tekeningen promootte om de gebouwde omgeving te analyseren en te ontwerpen. Hij spoorde architecten, aan de hand van schetsen, een wandeling door een wijk of buurt te visualiseren – zowel bestaande als nieuw te ontwerpen stadsdelen.

En dat was ook de opdracht die Freek kreeg tijdens zijn werkweek:’Lopend door het centrum van Amsterdam moesten wij als architectuurstudenten verschillende situaties in kleine snelle schetsjes vastleggen om later kunnen uitleggen wat de ruimtelijke problemen waren.’

Een jaar geleden sloot Freek zich aan bij de urban sketchers op Facebook, en deed hij mee aan een aantal schetsochtenden in Haarlem. In twee woorden: ‘Erg leuk.’

Amsterdam ‘Scheepswerf Kromhout’ vanaf Hoogte Kadijk (1984). Oost Indische inkt.

Gereedschap

Wie al zo lang tekent als Freek Riem, heeft ervaring opgedaan met uiteenlopende materialen: je gaat van het een naar het ander, elke periode zijn eigen materiaal.

Freek: ‘Vroeger, tijdens vakanties maakte ik wel eens een schets, meestal in zwart-wit, met oostindische inkt uit een potje. In mijn studietijd heb ik veel geschetst en getekend met verschillende materialen: houtskool, rietpen, potlood en pastel, vaak op een soort slecht dun krantenpapier. In mijn werkzame leven ging het schetsen wel door, kleurpotloden, viltstiften en fineliners als onderdeel van het ontwerpproces.’

Haarlem ‘Daklandschap’ vanaf het dak van de parkeergarage De Dakkas (2019). Inkt en aquarelverf (Van Gogh).

‘Na mijn pensionering heb ik het schetsen als hobby weer opgepakt, vooral tijdens vakanties. Ik zet de schetsen op in dun potlood (0,5 HB), en daarna in inkt (De Atramentis Black of Grey) met een van mijn drie vulpennen (Lamy) met verschillende puntdiktes [EF-F-M]. Verder gebruik ik een Van Gogh (15 napjes) en Schmincke (18 napjes) beginnerssets waterverf/aquarelverf. Mijn schetsboeken zijn van het bekende merk Moleskine, in A4 en A5 liggend formaat.’

Belevenissen

Als urban sketcher moeten rennen voor je leven, dat hoorde ik nog niet eerder. Freek en een collega moesten het doen in Denemarken.

‘Ik was met een collega op een schetsweekend op het Deense eiland Langeland. We kampeerden op een camping bij een boer. Op de laatste dag gingen we te voet op pad, één rugzak gevuld met tekenspullen, twee lunchpakketjes en een halve fles rode wijn die de vorige avond was overgebleven. Langeland is een prachtig eiland met mooie uitzichten. Mijn collega was er al vaker geweest en wist een route naar een, volgens hem, schitterende plek. Door bossen, greppels en over hekken klimmend kwamen we in een weiland met jonge stieren terecht. Nieuwsgierig kwamen ze op ons af, terwijl wij rustig over het weiland liepen. Echter, de stieren kwamen steeds harder lopend achter ons aan. We moesten rennen om het volgende hek te halen en sprongen er overheen. De fles brak, de rode wijn liep uit de rugzak, en we hadden twee totaal rood gekleurde schetsboeken. Al met al: toch een leuke ervaring op een locatie zonder mensen.’

Een locatie waar het, ondanks de vele mensen, een stuk relaxter aan toeging was het Urban Sketching Symposium in Amsterdam afgelopen zomer. Freek liep mee met één van de sketchwalks, onder begeleiding van Gabi Campanario: ‘Dat was erg leuk. Gabi gaf veel aandacht aan de cursisten die hiervoor hadden ingetekend. Op enige afstand heb ik zijn aanwijzingen kunnen volgen, en ook nog wat geschetst. Op de laatste dag schetste ik mee rond het Oosterdok schetsen. De afsluiting met de groepsfoto was een indrukwekkende belevenis van dit goed georganiseerde symposium. Het Symposium gaf, denk ik, een geweldige stimulans aan iedereen die deze vorm van schetsen beoefent, oud of jong.’

Amsterdam ‘Hoekpand’ Sint Antonies Breestraat – Nieuwe Hoogstraat (2019). Getekend tijdens het 10e Urban Sketchers Symposium Amsterdam. Inkt en aquarelverf (Van Gogh).

Tips van Freek

Freeks favoriete plekken om te schetsen verraden nog eens zijn achtergrond als stedebouwkundige: ‘Ik vind de overgang van oud en nieuw in een stad of dorp vaak een mooi motief om te schetsen. Oude bedrijfs- en havengebieden en constructies hebben ook mijn voorkeur.’

Als urban sketcher kom je op deze plaatsen vaak terecht in complexe, lastig te tekenen situaties. Freek geeft een tip om dit aan te pakken: ‘Ga niet direct schetsen, maar laat de plek eerst op je inwerken. Observeer en neem waar: hoe is het opgebouwd in volumes, waar is de horizon, waar ligt mijn verdwijnpunt.’

Hartelijk dank voor je verhaal, Freek! Volgende keer gaan we naar Rotterdam en maken kennis met Peter Flohr.