door Linda Toolsema

Deze maand maken we in het interview kennis met José den Toom, organisator van Urban Sketchers Zaanstad.

José den Toom


José den Toom woont al ruim dertig jaar in Zaandam, dankzij de liefde. Ze trouwde met Bert, die destijds in Zaandam in een heel (koop)huis woonde, terwijl José in Amsterdam een appartement huurde. Toen was de keuze snel gemaakt. Wel heeft ze goede herinneringen aan Amsterdam, waar ze kwam wonen toen ze achttien was en ging studeren, en ze komt daar nog graag.

Inmiddels is José ruim vier jaar met vroegpensioen. Toen ze in 2019 net gestopt was met werken, had ze alle tijd van de wereld en ging ze sociale contacten meer aanhalen. Zo bezocht ze meer tentoonstellingen, ging meer schilderen en ook op andere manieren creatief bezig. Tijdens een etentje met vrienden uit haar studententijd vertelde een vriendin over de leuke hobby van de andere vriendin, die erbij zat, namelijk tekenen. De tekenende vriendin vertelde over een groep in Haarlem die met elkaar afsprak om buiten te gaan tekenen, Urban Sketchers Haarlem dus. José had op dat moment al vele jaren een vaste schilderavond (met olieverf) bij Fluxus, het centrum voor de kunst in Zaanstad, maar beter leren tekenen – gewoon door het te doen – sprak haar gelijk aan. “Wat ik ook fijn vond, is dat aan de Urban Sketchers groepen geen kosten verbonden zijn. Waar vind je dat nog, een activiteit die gratis is?” Om een lang verhaal kort te maken: vriendin loodste José naar de Facebookpagina van Urban Sketchers Haarlem, zij meldde zich aan en toen kwam corona… Maar op 18 juli 2020 ging José met haar opklapstrandstoeltje in de trein op weg naar het Kenaupark in Haarlem voor haar eerste keer urban sketching. Ze kijkt er met plezier op terug: “Ik weet nog goed hoe moeilijk ik het vond om zo’n fraaie villa te tekenen, maar ook hoe fijn het was om daar in dat park te zitten schetsen. Toen de tijd om was, bekeek iedereen elkaars tekeningen en daardoor zag ik weer andere manieren van tekenen en andere materialen. Heel leuk en leerzaam.”

Anne Rose Oosterbaan, die Urban Sketchers Haarlem organiseert, wist dat iemand in Zaanstad een Urban Sketchers groep wilde oprichten. Ze bracht beide dames in contact en zo is Urban Sketchers Zaanstad ontstaan. Door corona was de officiële eerste bijeenkomst pas het jaar daarop, op 7 juli 2021. “Natuurlijk was de eerste sketchcrawl op de Zaanse Schans, want wat is er mooier om te tekenen? En zonder al te veel toeristen is het er heel fijn zitten, natuurlijk.” Helaas gaf de medeorganisator bij de volgende sketchcrawl aan dat ze er toch niet mee verder wilde. Sindsdien organiseert José Urban Sketchers Zaanstad alleen.

Een rijtje molens op de Zaanse Schans. “Deze tekening maakte ik tijdens de allereerste sketchcrawl van de Urban Sketchers Zaanstad. Het was een prachtige zomeravond, zonder toeristen. Het was 2021, we mochten net weer samenkomen, op afstand van elkaar. Een bijzondere avond.”


Het jaar 2024 wordt de vierde zomer van Urban Sketchers Zaanstad. Leuke (gratis) binnenlocaties zijn moeilijk te vinden in Zaanstad, vandaar dat deze groep een mooi-weer-groep is die alleen ‘s zomers op stap gaat, als het niet regent. Dat laatste betekent dat de data waarop de groep gaat tekenen vaak niet vroeg van tevoren bekend zijn, maar dat stoort gelukkig maar weinig mensen. De enige uitzondering op deze regel is de Hembrugterrein tekendag die Urban Sketchers Alkmaar, Urban Sketchers Haarlem en Urban Sketchers Zaanstad sinds twee jaar samen organiseren in de zomervakantie. “Dan nemen we de gok dat het mooi weer wordt!” In voor- en najaar komt Urban Sketchers Zaanstad meestal op zondag bij elkaar, maar zodra en zolang het daglicht het toelaat, kiezen ze een avond door de week, meestal op woensdag. Op een doordeweekse avond kunnen enerzijds de werkende deelnemers meedoen en zijn anderzijds de (toeristische) trekpleisters minder druk bezocht dan in het weekend.

2024 is een bijzonder jaar voor Zaanstad, want Zaanstad wordt vijftig jaar! Dat gaf José een mooi thema voor de bijeenkomsten van dit jaar. De afgelopen drie jaar heeft ze de sketchcrawls vooral georganiseerd door te kijken naar de plekken die ze zelf graag wilde tekenen. “Zaanstad stikt werkelijk van de fraaie monumenten, pittoreske Zaan-gezichten, weidse polderlandschappen en typische Zaans groene huisjes. Vaak kwam ik Zaandam niet uit, want daar woon ik zelf en dat is lekker dichtbij. Maar de stad is een fusie van zeven gemeenten. Dus dit jaar gaan we in alle zeven ‘oude’ gemeenten tekenen, om het vijftigjarig bestaan in onze tekeningen vast te leggen. Enfin, voor de mensen die dit nu lezen en denken ‘dat wil ik ook!’: wordt lid van Zaanstad Urban Sketchers en ga een keer mee. Mooi weer inbegrepen.”

De Catharina Hoeve op de Zaanse Schans. “Deze tekening maakte ik een jaar later dan die van de molens, op midzomeravond. Het was supermooi weer en het zwoele weer zie ik hierin terug.”


Als José op stap gaat om buiten te schetsen, neemt ze altijd een ‘mixed media’ boekje mee, zodat ze de keus heeft om droog of nat te werken. “Ik dacht eerst dat urban sketching hetzelfde was als met inkt en waterverf schetsen. Maar toen ik zelf met groepen meedeed en me erin ging verdiepen, bleek dat een misvatting. Het materiaal waarmee je werkt maakt immers niet uit.” Toch trok waterverf haar, omdat ze een paar jaar les heeft gehad in Chinees schilderen (zwarte inkt en waterverf, alles met de kwast, op rijstpapier). Bovendien had José voor een grote vakantie zo’n leuk klein boekje aangeschaft met een klein doosje aquarelverf, om een getekend reisverslag te maken. “Dat reisverslag heb ik ook deels ‘live’ getekend, dus eigenlijk deed ik al aan urban sketching voordat ik wist wat het was.”

Loire, Frankrijk. “Ik teken af en toe op vakanties. Deze tekening is alleen met vulpen getekend. Het was een prettige gîte met hele lieve eigenaren, onderdeel van een fijne vakantie.”


Het schetsen is vaak onlosmakelijk verbonden met het verzamelen van allerlei tekenmaterialen. Zo ook bij José. Bij haar allereerste sketchcrawl in Haarlem nam ze alleen spullen mee die ze al had liggen: potlood, fineliners, waterverf, kwasten, mengpalet, een potje water en een los velletje aquarelpapier. Sindsdien is haar uitrusting uitgebreid met een paar aquarelpotloden, omdat je daar zo fijn veel pigment mee kunt geven, een witte gel pen, een vulpen met watervaste grijze inkt en een compact visserskrukje dat de onhandig mee te nemen klapstoel vervangt. José gebruikt inmiddels verschillende formaten boekjes om in te schetsen, het liefst de Beta, Delta, of Zeta van Stillman & Birn. Dat is vrij zwaar papier, 270 grams, want ze werkt graag nat en houdt niet van gebobbeld papier. “Ik wist met die losse vellen tekeningen niet goed wat ik er mee moest, ik vind een boekje handiger. Ik probeer niet te veel spullen bij te kopen (maar man, man, wat is dat moeilijk!). Je moet het immers allemaal meenemen en je moet overal mee leren omgaan. Ik vind gouache bijvoorbeeld ook hele leuke resultaten geven, maar ik houd me voorlopig maar even bij pen en waterverf.”

Deze materialen geven José de mogelijkheid om verschillende methoden toe te passen bij het schetsen. In coronatijd, toen er weinig buiten de deur georganiseerd kon worden en ook José’s schildercursus platlag, volgde ze een onlinecursus tekenen bij Liz Steel, een bekende urban sketcher uit Australië, waar ze veel van opstak. “Daarom probeer ik nu af te wisselen hoe ik teken. Soms zet ik een tekening in potlood op, ga verder met inkt en maak af met waterverf. Andere keren begin en eindig ik met m’n vulpen. Ook een hele leuke methode vind ik het opzetten met grote vlakken waterverf en daar details met fineliner of vulpen overheen zetten. De keuze voor een methode volgt vaak uit het onderwerp dat ik wil tekenen en in hoeveel of weinig tijd ik dat op papier wil zetten. Dat geldt ook voor welk formaat boekje ik gebruik.”

Het nieuwe leeuwenverblijf in Artis. “Deze Artis tekening vind ik leuk geworden, omdat dat hek er zo lekker zwart opstaat. Voor het tekenen gebruik ik meestal donkergrijze inkt, geen zwart, dus dit is wat anders dan anders voor mij. Het herinnert me aan een volledig natte dag en een vriendelijke horecamevrouw die het goed vond dat ik in restaurant De Waterkant op één hoog ging zitten tekenen, terwijl dat gedeelte gesloten was en de plek waar het personeel ging lunchen.”


Artis is één van José’s favoriete tekenlocaties, omdat je daar prima kunt tekenen als het regent of koud is. Meestal maakt ze hier geen ‘echte’ urban sketches (d.w.z. waarin je niet alleen een object, maar ook de context weergeeft), maar bijvoorbeeld dierportretten of individuele bloemen en planten. Artis blijkt een interessante plek als het gaat om reacties van mensen op het feit dat je zit te tekenen en ook soms op de tekening die je maakt. José vertelt: “In mijn top-drie staan oma’s die over mijn hoofd heen hun driejarige kleinkind vertellen dat ik mooi zit te tekenen. Joh! En echt, die hoor ik heel vaak. Van kinderen krijg ik ook vaak hele leuke reacties. Dan komt er zo’n kleuter kijken (ik zit op dat visserskrukje dus onze hoofden zitten op dezelfde hoogte) die met open mond al mijn bewegingen en verfstreken volgt. Hoezo moet je naar de pelikanen kijken in een dierentuin? Mensen zijn een veel interessantere diersoort om te bekijken!” Vorig jaar kreeg José een heel aardige opmerking van een iets ouder kind: “U kunt wel een kunstenaar worden!” Vaak schrijft José dit soort uitspraken bij haar tekeningen, omdat ze later nog wel weet in welke strekking er iets werd gezegd, maar nooit de exacte bewoording onthoudt. Nare ervaringen heeft ze gelukkig niet meegemaakt: “de meeste mensen onthouden zich van commentaar als ze er niets aan vinden, denk ik”.

Botanische Tuinen, Utrecht. “Deze tekening heb ik vanuit een centraal punt steeds verder uitgebreid, afwisselend met verf en fineliners en potloden. Het is een herinnering aan een mooie middag met gezellige mensen. Het was mooi weer, ik had ook buiten kunnen gaan zitten, maar ik had me voorbereid op tekenen in een kas en verheugde me daarop, dus dat heb ik ook gedaan.”


Het tekenen in Artis is een goede oefening in het kijken en het vastleggen van bewegende onderwerpen. Dat helpt José ook weer bij urban sketching. Zij tekent graag afwisselende dingen, maar zelden mensen. “Ik vind gebouwen, monumenten, kerken, beelden, molens, stadsgezichten, vergezichten, doorkijkjes, industrieën, weilanden met beesten en nog veel meer allemaal leuk om te tekenen. Maar niks eindeloos hetzelfde achter elkaar. Het moet voor mij ‘mooi’ zijn, iets hebben wat me aanspreekt en wat ik wil vastleggen, maar dat is verder volledig subjectief.” Urban sketching gaat voor José ook om het tekenen in groepsverband. Voor nog meer afwisseling gaat ze dan ook graag buurten bij Urban Sketchers groepen in Haarlem en Utrecht, en een enkele keer in Amsterdam en Alkmaar. “In Zaanstad tekenen is natuurlijk heel prettig omdat dat voor mij lekker laagdrempelig is, ik kan er op de fiets heen. Op de Zaanse Schans kom ik ieder jaar minstens een keer. Het is wel een kunst om de minder drukke momenten te kiezen, want je kunt er behoorlijk in de weg zitten als het druk is. Maar er zijn heel veel mooie, leuke, uitdagende en originele onderwerpen in en om de stad. Kijk maar eens op Facebook bij de Zaanstad Urban Sketchers, daar staan een aantal gave plekken waar we al geweest zijn in de afgelopen drie jaar.” En spreken die plekken je aan, houdt dan in deze Facebook-groep de aankondigingen in de gaten voor het nieuwe schetsseizoen!

Maastricht. “Deze tekening vind ik goed gelukt vanwege de kleur. De Sint Jan is ook echt rood en ingewikkeld om te tekenen, vind ik. Het was op de zaterdag van een nationaal sketchweekend, heerlijk weer, gezellige ontmoetingen, topdag!”