door Roger Klaassen

Laatste update van dit artikel: 16 december 2021

Veel Urban Sketchers werken met vulpen. Herhaaldelijk komen er vragen over vulpennen en (watervaste) inkten voorbij op de Facebook-pagina. In dit artikel zal ik de belangrijkste antwoorden op een rijtje zetten.

Een waarschuwing vooraf: er bestaat geen ideale combinatie van pen, inkt en papier. Iedere tekenaar heeft zijn eigen voorkeur.

Ik heb geprobeerd de informatie kort en duidelijk te houden. Als je uitputtend geïnformeerd wil worden, bezoek dan het blog van Liz Steel: kijk onder Sketching Tools en je vindt een schat aan informatie, en niet alleen over vulpennen (in het Engels: fountain pen). Uitgebreider schrijven over het tekenen met vulpen als Liz Steel kan niemand, maar het kan ook teveel zijn, waardoor je door de bomen het bos niet meer ziet.

Een aantal redenen om te tekenen met een vulpen:

  • je kunt op locatie tekenen met inkt zonder gesjouw met potjes, pennen en poetsdoeken
  • vulpennen slijten niet (zoals fineliners of viltstiften), maar worden met het gebruik juist beter
  • er zijn verschillende soorten vulpennen, waarmee je verschillende effecten en lijnen kunt bereiken
  • je kunt verschillende soorten en kleuren inkt gebruiken
  • persoonlijk vind ik het een voordeel dat je ze zelf vult. Voorafgaand aan een Sketch Day of schetsuitje zorg ik ervoor dat mijn pennen gevuld zijn, zodat ik halverwege een tekening niet met een lege pen zit.
Vulpennen

Er zijn verschillende typen vulpennen verkrijgbaar (in de tekst hieronder gebruik ik ook wel eens het Engelse woord ‘nib’ voor ‘punt’, zoals veel fabrikanten dat ook doen):

  • de ‘normale’ pen, zoals je ze overal vindt. De lijndikte is constant en gelijkmatig. Je kunt ze krijgen in verschillende maten, bijvoorbeeld broad/medium/fine/extra fine. Overigens kun je door de penpunt ‘op zijn kop’ te houden heel dun tekenen. Onder schetsers is de Lamy Safari populair, want deze is oerdegelijk en vrij goedkoop.
  • de calligrafie pen, of ook wel ‘italic’. De punt van deze pen is vlak/recht, waardoor je lijndikte kan variëren: beweeg je de pen in het verlengde van het afgevlakte valkje van de punt (je beweegt de pen van links naar rechts), dan heb je een dunne lijn, beweeg je haaks op het rechte vlakje van de pen (de pen van boven naar beneden), krijg je een dikke lijn. Alle diktes daartussenin zijn mogelijk. De richting waarin je de pen beweegt bepaalt de lijndikte. Lamy Safari bestaat in een italic variant, en ook de Rotring calligrafiepen is populair bij schetsers. Er zijn ook extreme varianten van de calligrafiepen te vinden, maar ik schat in dat die niet zo geschikt zijn voor Urban Sketching – maar wie weet, verras ons!
  • pennen met een gebogen punt (bent nib of ook wel fude pen genoemd). Met deze pennen kun je van heel dunne tot heel dikke lijnen tekenen, door de pen te draaien. Houd je de pen ‘op zijn kop’, zodat alleen het puntje het papier raakt, dan maak je een dun lijntje. Houd je de pen met het platte deel van de gebogen punt op het papier, dan maak je juist een dikke lijn. De draaiing en de hoek van de pen op het papier bepalen de lijndikte. Je hebt niet 100% controle over de lijndikte, maar dit kan leiden tot mooie toevallige ontstane variatie. Bekende merken zijn Sailor of Hero.
  • pen met flexibele punt (flex nib). Bij deze pennen kun je lijndikte variëren door harder of zachter te drukken, net zoals bij de goede oude kroontjespen. Aan de buitenkant kun je dit niet zien aan de pen, dus je moet afgaan op informatie van de fabrikant. Pennen met een flexible punt zijn er niet veel. Noodler heeft een vrij goedkope variant.


Van links naar rechts: een normale punt (deze is extra mooi, de meeste zijn van één soort metaal gemaakt), een calligrafie-pen met de afgevlakte punt, een gebogen punt en een flexible punt (op dit plaatje wordt er druk uitgeoefend waardoor de punt een brede lijn geeft).


Variatie (of niet) in lijndikte is een belangrijk punt bij schetsen, maar het is ook belangrijk hoe een pen in de hand ligt. Veel vulpennen zijn kort. Persoonlijk houd ik van langere pennen, die ik wat verder van de punt kan vasthouden. Een kwestie van persoonlijke smaak – hetzelfde geldt voor gewicht.

Kleur: sommige merken hebben pennen in een beperkt aantal kleuren (of zelfs slechts één), andere bestaan in alle kleuren van de regenboog. Voor wie van plan is met verschillende soorten inkt of kleuren inkt op pad te gaan, kan herkenbaarheid van de pen (kleur) belangrijk zijn (maar labeltjes plakken kan ook…).

Met alle pennen zijn mooie tekeningen te maken. Van alle types zijn er redelijk goedkope varianten te koop, laten we zeggen van rond de 20 euro. Mijn tip is een aantal types uit te proberen en pas daarna eventueel een duurdere variant aan te schaffen (maar duurder wil niet altijd zeggen dat de pen ook beter is). Wat mezelf betreft, ga ik liever niet buiten tekenen met heel dure pennen – de buitenwereld zit vol gevaren: kwijtraken, vallen, voeten van voorbijgangers, hoog gras, slootjes, putten… jullie begrijpen wat ik bedoel.

Een interessant alternatief

Dan is er ook een interessant alternatief dat ik hier wil noemen: dat zijn pennen met een traditionele kroontjespenpunt, met inkt in de steel – de penvariant van de bekende waterbrush. Het Amerikaanse merk Ackerman heeft enkele varianten. Zij maken een onderscheid tussen een ‘pump pen’ en een ‘fountain pen’, maar ik weet niet wat het verschil in de praktijk zal zijn. Ik ben heel benieuwd naar ervaringen met deze pennen. Ze hebben pennen in calligrafie-varianten en flexibele punten: met een aantal van deze punten heb ik ervaring (in een gewone inktpen die je in een potje doopt) en deze zijn extreem flexibel.

Converters

Om pennen te vullen, heb je converters nodig, in feite niets anders dan navulbare vullingen. De meeste pennen hebben hun eigen converter (soms zijn er zelfs binnen een merk verschillende converters). De meeste converters werken met een draaiend deel dat een zuigertje op en neer kan bewegen. Je kunt de converter uit de pen halen en vullen, maar ik vul mijn pennen door de punt in de inkt te dopen en de inkt via de punt op te zuigen door aan de converter te draaien. Er bestaan ook pennen waarvan de behuizing zelf dient als converter (bijvoorbeeld de pennen van TWSBI): je draait aan de achterkant van je pen om hem vol te zuigen.

Een ander type converter heeft zachte plastic delen, die je vult door ze in te knijpen, in de inkt te dopen en dan de inkt op te zuigen door los te laten.

Je kunt ook standaard plastic vullingen vullen met bijvoorbeeld een injectiespuitje. Ik vind het werken met een converter al kliederig genoeg, maar het valt te proberen op deze manier.

Ten slotte zijn er ook nog waaghalzen die de hele behuizing van de pen (het achterste deel) voldruppelen met inkt. Ik ben in de praktijk nog niet iemand tegengekomen die dit ook werkelijk doet, ik zag het alleen op internet. Het klinkt mij als iets wat absoluut valt af te raden, maar een groter inktreservoir bestaat er niet en dat kan een goede reden zijn om het toch eens te proberen.

Onderhoud

Het verdient aanbeveling om pennen met enige regelmaat schoon te maken, zeker als je ze lang niet gebruikt. Eerlijk gezegd maak ik ze zelf vrijwel nooit schoon. Maar ik houd je niet tegen.

Gebruik geen heet water bij het schoonmaken: het binnenwerk van je pen kan ervan vervormen. Een beetje lauwwarm water kan geen kwaad.

Inkt

Zonder inkt zijn we nergens. Er is niets op tegen om gewoon standaard vulpeninkt te gebruiken. Je kunt met een beetje water mooie halftonen krijgen.

Maar veel schetsers willen hun penwerk combineren met aquarelverf en dan is het fijn als de inkt watervast is. Ik heb een aantal merken op een rijtje gezet, met allemaal watervaste inkt. Helaas kunnen de inkten verschillend reageren op verschillend papier, dus probeer ze uit. Sketch Days zijn hiervoor perfect, want meestal is het hele assortiment aan inkten wel aanwezig.

Een serie watervaste zwarte inkten: Noodler’s Black, Platinum Carbon, De Atramentis Document Ink, Super5 en Sketch Ink van Rohrer& Klingner.


Watervaste vulpeninkten lijken op het eerste gezicht duur, maar een potje gaat heel lang mee, zelfs als je veel tekent.

  • Noodler: dit Amerikaanse merk heeft een hele reeks watervaste inkten in verschillende kleuren. De inkt reageert chemisch met het cellulose in het papier – sommig papier heeft bindmiddelen die deze werking tegengaat en dan droogt de inkt dus niet (ik had deze ervaring met een soort zwaar aquarelpapier waarvan ik het merk ben vergeten). De Bullet Proof zwarte inkt is een veelgebruikte inkt bij Urban Sketchers. De ervaring is wel dat als deze in een aantal laagjes dik wordt gebruikt, dat dan de inkt niet goed droogt en kan uitvlakken als je er bijvoorbeeld met kleurpotlood overheen gaat, of als het papier in je schetsboek over elkaar beweegt. Veel gebruikt is ook Lexington Grey (een grijze inkt), en die heeft dat probleem weer helemaal niet. Noodler heeft ook niet-watervaste inten, dus let op bij het kopen. Noodler heeft op de site een lijst met dealers, onder andere in Engeland en Duitsland.
  • Platinum Carbon Black: dit is een Japanse zwarte inkt, die sinds enige tijd ook in Nederland verkrijgbaar is. Dit is mijn persoonlijke favoriet voor zwarte inkt en ik gebruik hem al jaren zonder problemen in verschillende pennen. De inkt is in feite een oostindische inkt, maar dan met heel, heel fijn pigment. De inkt is dun en heeft op sommig papier de neiging wat uit te vloeien. Uitproberen dus. De inkt is er in potjes en in vullingen, maar daar moet je dan wel de bijpassende pen voor hebben. Deze inkt is inmiddels bij verschillende (web)winkels in Nederland verkrijgbaar, maar houd rekening met flinke levertijden. De inkt is er ook in vullingen, maar die passen alleen in Platinum pennen.
  • De Atramentis Document Ink: deze inkt is er in een aantal kleuren. De verschillende kleuren zijn ook te mengen. Ik hoor eigenlijk alleen positieve ervaringen met deze inkten. De Atramentis heeft ook inkten die niet watervast zijn, dus let daar even op bij de aanschaf. De inkt wordt bij ons veel gebruikt omdat hij ook goed te krijgen is in Nederland: google of fiets naar je favoriete winkel.
  • Super5: dit is een Duits merk met een aantal kleuren watervaste vulpeninkten in het assortiment. Ik heb ervaring met een aantal van hun gekleurde inkten en die is heel positief: de inkt droogt snel en is watervast.
  • Sketch Ink van Rohrer & Klingner: ook een Duitse fabrikant. Er is een flinke reeks van kleuren beschikbaar, waarvan de fabrikant aangeeft dat ze zeer water- en lichtbestendig zijn. Ik testte de zwarte inkt en daar kun je probleemloos overheen met aquarelverf.

Een waarschuwing is op zijn plaats: wie zijn vulpen vult met normale Oostindische inkt, die kan het vergeten. Schoonmaken is zinloos, de grijze kliko is de enige uitweg.

Combinatie met papier

Zoals al gezegd, zul je pen en inkt in combinatie met papier moeten uitproberen. Dat de combinatie echt niet werkt, komt zelden voor, dus de risico’s zijn klein. Het meestvoorkomende risico is het uitvloeien van de inkt. Zoals hierboven al gezegd drogen sommige inkten slecht op sommig papier, maar in de meeste combinaties is er geen probleem. Het droogprobleem is heel vervelend, omdat de inkt er droog uitziet en zelfs droog aanvoelt, terwijl de inkt toch uitloopt, zodra je er met aquarelverf overheen gaat. SketchCrawls zijn perfect om papier en inkt uit te testen, want er zijn altijd verschillende materialen aanwezig en iedereen weet dat tekenaars aardige mensen zijn die graag hun ervaringen delen.

Grover papier (bijvoorbeeld aquarelpapier) tekent anders dan heel glad papier: op grover papier zal de punt van je pen wat vaker contact met het papier kwijtraken en worden lijnen onderbroken. Of je dat erg vindt, is een persoonlijke smaakkwestie.

De keuze voor papier hangt ook af van wat je er verder mee wilt doen: werk je met aquarelverf, dan is de combinatie verf-papier waarschijnlijk belangrijker dan die van inkt-papier. Dun, glad papier is perfect voor een pentekening, maar vaak wat slechter voor waterverf. Wil je glad aquarelpapier, zoek dan naar ‘hot pressed’ papier. Keuzes, keuzes, keuzes – houdt het dan nooit op?

Help

Ik wil dit artikel graag up-to-date houden en onjuistheden vermijden. Wie nieuwe informatie voor me heeft of verbeteringen wil voorstellen, kan mij mailen (roger@urbansketchers.nl), dan vul ik het artikel aan. Ik probeer wel selectief te zijn, omdat veel afhangt van persoonlijke smaak: wat voor de één een geweldige pen, inkt of papier is, is voor een ander juist helemaal niets.